Het is maandagochtend en Marleen zegt door de telefoon tegen mij: ‘Ik hoor aan de manier waarop je praat dat het nog niet helemaal klaar is.’ Wat kent ze me toch goed en ze heeft gelijk. Ik heb haar zojuist verteld dat ik de schade onderling ga regelen met de tegenpartij en dat het allemaal weer goed is.
Maar het ís nog niet goed, maar het komt wel goed. Voor nu staan Ruben en ik echter nog een beetje bedremmeld te kijken naar de meter lange en diepe kras op Kendu. Dwars door de gelcoat heen tot in de glasvezels toe.
Ik lig nog lekker in mijn bed als ik word opgeschrikt door een harde klap. Bevreesd nieuwsgierig vlieg ik met mijn badjas aan de kuip in om te kijken wat er is gebeurd. Ik zie een flink motorjacht langs Kendu varen en met een stuk roestvrijstaal langs mijn romp krassen. Auw! Maar je doet er niets aan behalve treurig kijken naar de schipper van het motorjacht die er op zijn beurt ook niet blij uitziet.
Nu is Kendu niet zozeer mijn kindje maar meer mijn geliefd werktuig. Spic en span eruitzien vind ik daarom minder belangrijk dan ‘goed in orde zijn’. Maar dit raakt me wel en ik zie meteen dat de kras écht gerepareerd moet worden omdat ik anders in de komende twee maanden de onbeschermde glasvezels veel te veel blootstel aan vocht.
Er gaan al scenario’s door mijn hoofd over wachten op reparatie, Ruben niet op tijd in Belfast en delaminerende glasvezels. Maar dan komt James van Ardfern Yacht Centre in actie. De werfbaas van de leuke haven waarin we liggen snapt ook dat hier iets aan gedaan moet worden en binnen het uur ligt zijn werknemer Wayne met zijn rubberboot langszij om een noodreparatie uit te voeren.
Ondertussen maak ik met Peter, de onfortuinlijke motorbootschipper, goede afspraken over de schadeafwikkeling. Hij zit niet te wachten op premieverhoging en ik niet op de bureaucratie van verzekeringswerk. We komen een schadebedrag overeen waarmee we allebei tevreden zijn. Ik repareer Kendu definitief komende winter en Peter kan ook weer door.
‘s Avonds neemt Ruben mij mee uit eten om na een enerverende dag toch fijn af te sluiten. We eten allebei een ‘crayfish and crab salade’ en een grote steak. Als toetje delen we een ‘strawberry cheesecake’ maar die past er eigenlijk niet meer in…
Eerder deze week zijn Ruben en ik van Fort William naar Oban gezeild. Dat was een uitdagende zeiltocht over Loch Linnhe. Uitdagend omdat de wind daar erg variabel is in richting en kracht. In de twee uur dat we daar zeilden hebben we alles meegemaakt: geen wind, te harde wind en wind uit alle windstreken. Lars en Tine van HR48 ‘Rasine’ varen op de motor voor ons uit. Soms lopen ze van ons weg, soms lopen we ineens weer hard op hen in.
Het laatste stuk naar Oban doen we op de motor. Het waait erg hard recht op de neus en we willen binnen zijn voordat de stroom kentert. Nu hebben we dus stroom mee en wind tegen en dat zorgt voor een enorme tijzee. We krijgen massief water over dek en zitten gelukkig goed beschermd achter de buiskap. Af en toe tikt de windmeter in vlagen 50 knoop aan. Dat is zogenaamde ‘schijnbare wind’: de werkelijke wind vermeerderd met de snelheid die we er tegenin varen. Maar dat betekent toch dat er regelmatig dik 40 knopen wind waait.
Oban is best een bezoekje waard. Maar de haven heet de Oban Transit Marina en dat is precies wat we daar doen: transit. We doen boodschappen, eten een ijsje en overnachten daar. ’s Ochtends gaan we op pad naar Ardfern. Grotendeels tegen stevige wind in, maar als we een dag langer wachten krijgen we te maken met nóg slechter weer en hardere wind. Dus we gaan door.
Maar het is een route met bijzonderheden. De omgeving is mooi en als ik ervoor kies om op het hoogtepunt van het getij door de Cuan Sound te varen, krijgen we zes knopen stroom mee. Met de snelheid van zes knopen die we zelf varen, resulteert dat in een grondsnelheid van twaalf knopen. En dat in smal vaarwater dat zich gedraagt als een wasmachine. Ik heb er mijn handen vol aan en er is dan ook geen foto van. Maar hierna komen we in rustig vaarwater en dat was uiteindelijk de opzet. Het laatste uur naar Ardfern kunnen we nog heerlijk zeilen ook!
Vóórdat ik op reis ging, kwam ik in contact met Steve. Steve is een Engelsman die veel zeilt in de Schotse wateren. Via Whatsapp gaf hij mij destijds vele vaartips. En hoe leuk is het dat we elkaar hier stomtoevallig tegenkomen! Als ik in Oban lig, ligt Steve bij het nabijgelegen Kerrera en lopen we elkaar nét mis. Maar als Ruben en ik van Ardfern naar Gigha Island zeilen, zien we op de AIS dat Steve met zijn HR37 ‘Fornautic’ een paar mijl voor ons uit zeilt. Omdat hij mij Gigha Island had aangeraden als een ‘must do’ kan het bijna niet missen dat we elkaar daar gaan tegenkomen. En ja hoor, bij Gigha Island liggen we allebei aan onze eigen meerboei, maar dicht bij elkaar.
Ruben en ik gaan het eiland op en op zoek naar de ‘Standing Stones’ van Gigha Island. Volgens de legende wandelen deze stenen ’s middags en ’s nachts over de heide van Gigha. Wij willen die stenen weleens zien en hebben een soort van Paaseiland-idee bij deze stenen. Hoe indrukwekkend zullen ze zijn?
Qua formaat blijkt het allemaal erg overzichtelijk. De grootste van de twee stenen is nog geen meter hoog. Maar het verhaal is niet minder indrukwekkend. De stenen zijn ‘Bodach & Cailleach’, oftewel de oude man en oude vrouw. Ze staan er waarschijnlijk al meer dan 1.500 jaar en Ierse zeelui hebben er tot in de 19e eeuw offers gebracht. En er zijn meer van deze stenen in de Schotse Hooglanden en Hebriden. De oude vrouw is de godin van de wildernis en winter. De oude man kijkt altijd in de richting van Ierland en als ie omvalt brengt het ongeluk… Wij brengen geen offer, maar laten alles natuurlijk zorgvuldig staan. We zullen zien hoe het met ons afloopt! Trouwens, wij hebben onze pech toch al in Ardfern gehad?
Gigha Island is onze laatste Schotse bestemming. Vanaf hier zeilen we naar Glenarm in Noord-Ierland. Weer een nieuwe omgeving dus en voor mij de eerste keer dat ik in Noord-Ierland zal zijn. En hoewel we de oude man netjes hebben laten staan, treft ons ook nu weer ongeluk: bij het overstag gaan blijft een schoot achter een luchthapper haken en trekt deze van het kajuitdak. In het heldere water zie ik hem langzaam wegzinken. Wéér een litteken erbij. Als ik nog eens op Gigha kom ga ik een hartig woordje spreken met Bodach!
Niettemin hebben we een fijne zeiltocht ondanks dat we de laatste uren op de motor moeten afleggen. En wat een mooie kust biedt dit Noord-Ierland zeg! Het groen in combinatie met hoge kliffen is wonderschoon. Wat is het toch heerlijk om in zo verschillende omgevingen te zeilen!
De week met Ruben eindigt in Belfast. De tocht er naartoe is een van de mooiere tochten van de afgelopen weken. De wind staat uit het noorden en we maken eerst een slag ver de zee op. Als we twaalf mijl uit de kust zijn gijpen we en zetten we koers naar de Belfast Lough, de grote baai ten oosten van Belfast. Onderweg kijken we naar Jan van Genten die druk aan het jagen zijn. Blijkbaar zit er een school vissen en ik zeg tegen Ruben dat het mooi zou zijn als we eens een keer dolfijnen zien. Die jagen ook graag op zo’n school vissen en heb ik de hele reis nog niet gezien.
Geloof het of niet, maar in de monding van Belfast Lough zie ik eerst in de verte een rugvin en kort daarna hebben we twee dolfijnen naast de boot! Wat is dat toch een fantastisch gezicht. Ik pak snel de camera en kan welgeteld één foto maken. Dan zijn ze weer weg.
Wat een plek om deze week en de vakantie met Ruben te eindigen. Belfast is een bijzondere stad. Vanaf het moment dat je de stad binnenvaart is het een en al ‘Titanic’, het fameuze schip dat hier gebouwd werd.
Maar veel indrukwekkender is de gewelddadige geschiedenis van de stad. Hier kwam de strijd tussen de protestantse loyalisten en de katholieke separatisten tot een hoogtepunt. Deze strijd is ook wel bekend als ‘The Troubles’.
Als Ruben en ik Shankill Road inlopen is het duidelijk dat dat een loyalistenwijk is. Er is een gedenkplaats waar de slachtoffers van de IRA worden herdacht en de woede en het verdriet spat er van af. Ook zijn er teksten te vinden waarin Tony Blair – als premier verantwoordelijk voor de Goede Vrijdagakkoorden – wordt afgebrand. Met de akkoorden kwam er weliswaar een einde aan het geweld maar de daders zijn volgens de mensen die onder de IRA geleden hebben onvoldoende gestraft.
De andere kant van het verhaal wordt verteld in de wijken waar de separatisten wonen. Daar kun je horen en lezen over het geweld van het Britse leger tegen de burgerbevolking. Zoals het schieten op en doden van demonstranten.
Beide kanten van het verhaal worden in de stad met muurschilderingen – de beroemde ‘murals’ – uitgebeeld. Ruben en ik hebben geen katholieke (separatisten) wijk bezocht dus onderstaande foto is eveneens gemaakt op Shankill Road.
’s Avonds vliegt Ruben naar huis. Ik maak me op voor vertrek op zondagochtend. Ik heb mijn zinnen gezet op Isle of Man!
Deze week:
159 zeemijlen
14,3 motoruren
Zo Twan, wat een troubles inderdaad, maar ja we lopen allemaal wel een schrammetje op in ons leven. Dat maakt het ook wel weer “normaal”. Geen leven zonder deukje. Hoop dat de schade goed opgelost kan worden.
Geniet van Ierland, mijn lievelingsland. En van de Ierse muziek, die is zo mooi.
Luister maar eens maar Laureena mc kenneth. Misschien niet jouw smaak maar het hoort bij Ierland ontdekken. Geniet van je verdere reis. Groetjes Annie
Hey goedemorgen!
Ierland heb ik een beetje ‘te kort gedaan’. Eigenlijk alleen langs een paar kustplaatsen gehopt om uiteindelijk aan de Engels zuidkust te komen…
We in Dublin geweest!
De muziek ga ik opzoeken!
Groeten vanaf de laatste mijlen naar Land’s End!
ps:
Door jouw verslag denk ik wel dat ik eigenlijk ook eens naar Ierland moet…
Mooi dat je in je verhaal e.e.a. kort aangehaald hebt over de geschiedenis aldaar.
X
Waaaah sorry eerst even dit:
ik zag die foto van die man met baard en badjas (dacht ik!) en ik dacht, Huh, Twan is wel erg verwilderd *lol* , maar toen ik verder scrolde las ik dat het een medewerker van de haven was… Haha heerlijk, zo kan ik deze maandagochtend toch lachend (om mezelf) starten 😉
Maar Twanneke, ow wat jammer van je mooie schip, maar ook weten jij en ik heel goed dat een litteken hier en daar in en door het leven onvermijdelijk is 😉
Ergens is het ook mooi, en heel fijn dat je goede hulp hebt gehad en een afspraak naar tevredenheid.
En tante Helma, heerlijk weer jouw reactie en verslag van papa’s verjaardag.
Ja Twan, volgend jaar mag jij dat festijn weer samen met ons allen meemaken!
Liefs xxxxxx Zus
🙂
Tjee, Twan, ik heb je blog meer dan 1 keer gelezen, een heel avontuur deze week, samen met Ruben! Van een lelijke kras tot het zien van een dolfijn en een prachtige lege groene kust tot Belfast met zijn indrukwekkende geschiedenis! En dan ook nog een klein blogje van tante Helma! Geweldig!!! Nu weer terug naar de rust…. ?
Morgen ga ik oversteken van Ierland naar Land’s End. Lange tocht van een etmaal!
Daarna rust pakken!
Oh tante Helma, ik heb u gisteren pas voor het eerst ontmoet, maar ik vind u nu al fantastisch! ☺️
Hee die Twan,
van harte Proficiat met de verjaardag van je vader. Gisteren was ik je vader gaan feliciteren
We konden fijn buiten zitten.In de tuin vol bloemen.En de vogeltjes floten. Er stonden veel peren aan de boom.
Er waren alleen maar aardige mensen.
En heb nog een kletsje gemaakt met Marleen.
Thijs was er ook,zo dat is echt al een jonge man geworden.
Je moes had een grote pan overheerlijke soep gemaakt. Met broodjes met dik kaas er op.
Dus het was helemaal feest.
Twan je bent super goed bezig.
Tante Helma is trots op je.
Jammer dat je mooie schip een wondje heeft op gelopen. Maar dat kan gebeuren.
Ruben is weer terug hoorde ik
En dat jullie het samen super fijn hebben gehad.
Geniet nog van je vrije vrijheid!
Dag schattebout.
En dankje voor je mooie berichten.
Lieve tante Helma,
Dankjewel voor je leuke reactie en lieve complimenten! Fijn dat je meeleest!
X